De leerlijn begrijpend lezen start al in de onderbouw met begrijpend luisteren. Het wordt ook wel ‘begrijpend denken’ genoemd.
Tijdens begrijpend luisteren worden kinderen namelijk aan de hand van verschillende tekstsoorten, zoals verhalen, informatieve teksten, interviews, etc. aan het denken gezet over de inhoud. Zij krijgen hiertoe voorafgaand aan het voorlezen een luister- of leervraag voorgelegd, die zij door naar de tekst te luisteren, na te denken en verbanden te leggen kunnen beantwoorden.
Waar nodig, worden kinderen bij dit denkproces ondersteund. Ondersteuning kan o.a. geboden worden door tijdens het voorlezen zo nu en dan hardop te denken, te modelen en daarmee (in de ik-vorm) te demonstreren dát jij denkt tijdens het lezen, waar jij aan denkt (leesgedachten) en hoe jij verbanden legt waardoor jij de luister- of leervraag kunt beantwoorden. Zo help je kinderen deze denkstappen zelf te gaan zetten.
Het denken doe je bewust hardop, omdat denken zich in je hoofd afspeelt. Niemand kan horen of zien dat je denkt en al helemaal niet waar je aan denkt. Daarom is het belangrijk dit af en toe stap voor stap te demonstreren. Naast verwoorden wat je denkt, is het ook van belang te visualiseren dat je denkt.
Nogmaals, kinderen horen of zien dit immers niet. Met het oog hierop is het denkkaartje een handig hulpmiddel. Op de momenten dat je als leraar stopt met (voor)lezen en bewust even nadenkt, draai je bijvoorbeeld het denkkaartje naar de kinderen toe. Daarmee horen ze niet alleen dat je nadenkt, maar zien ze het ook. Zo heeft je les nog meer impact.
Tip: hang ze aan een keycord, dan kun je hem draaien wanneer je denkt.
Twitter
Facebook
Pinterest
LinkedIn
