leestijd:

In kleutergroepen worden diverse rekenactiviteiten gedaan, gerelateerd aan een thema en soms ook tussendoor bv. het tellen van het aantal aanwezige kinderen tijdens de ochtendkring. Maar juist door de dag heen zijn er veel mogelijkheden om met rekenactiviteiten bezig te zijn. Momenten die je bewust kunt gaan gebruiken.

Download pdf.

DE (OCHTEND)KRING

Tellen en Getalbegrip omgaan met getallen
De kinderen worden één voor één geteld. Geef als leerkracht op een willekeurig telmoment een stopteken. Het kind dat dan als volgende geteld zou worden, noemt het getal niet, maar pakt het juiste kaartje.

  • Welk kaartje moet je pakken bij het kind dat twee plaatsen terug (verder) zit?
  • Hoe gaan we het oplossen als we boven de twaalf geen kaartjes meer hebben?

Meten meten (lengte/gewicht)
Ga met de kinderen over hun lengte of gewicht in gesprek. Op welke manieren kun je dit meten?
De meetuitkomsten worden weergegeven in een staafdiagram: (digi)bord, kralenplank, blokjes. Wat zie je als alle gegevens zijn ingevuld?

  • Hoe kun je snel weten wie de langste is in de klas?
  • Zijn er nog andere manieren om de meetuitkomsten te laten zien?

Meetkunde construeren
Kun je met meerdere kinderen een vorm uitbeelden?

  • Kun je ook een vorm maken met je eigen lichaam?
  • Welke vormen zie je bij jezelf?

HET FRUITHAPJE

Tellen en Getalbegrip omgaan met hoeveelheden
Ga met de kinderen in gesprek over het tussendoortje dat ze mee hebben gebracht. Hebben we evenveel tussendoortjes als kinderen?

  • Als alles door elkaar ligt, hoe kunnen we dan zien waar we het meeste van hebben?
  • Hoe kun je een appel, banaan, mandarijn verdelen? Wat is het verschil?

Meten meten van gewicht; geld
Schatten van gewicht van hetzelfde soort fruit. Welke appel zou zwaarder zijn?

  • Hoe kun je dat te weten komen, welke manieren ken je?
  • Hoeveel geld zou de appel kosten? En de zwaardere appel?

Meetkunde construeren
Trek vooraf de contouren van enkele hapjes, bekers, pakjes drinken om.

  • Wie denkt dat zijn spullen op de ondergrond passen? Waar moet je dan op letten?
  • Zijn er dingen die wel op dezelfde ondergrond passen maar toch niet hetzelfde eruit zien?

BUITENSPELEN

Tellen en Getalbegrip omgaan met de telrij
Geef de kinderen een stippen/ vingerbeeld of getalkaart. Laat ze rondrennen en op een teken moeten ze naast elkaar in goede volgorde/ getallenlijn gaan staan.

  • Er staat één kind met een stippen/ vingerbeeld of getalkaartje, wie zijn de buren?
  • Hoe komen kinderen achter jouw getal, zonder dat je het kaartje laat zien?

Meten meten van omtrek en tijd
Kijk of er regenplassen zijn op de speelplaats of maak die anders met water. Wat zie je in de regenplas? Teken met een krijtje de omtrek van de plassen. Kijk ieder uur (half uur bij warm weer) hoeveel de plas kleiner is geworden. Hoe weet je of het tijd is om te gaan kijken?

  • Is de plas ieder uur evenveel kleiner geworden?
  • Hoelang zou het duren voordat de hele plas is opgedroogd?

Meetkunde oriënteren en lokaliseren
De kinderen gaan samen voor de ‘bus’ een route over de speelplaats maken en gaan de busbaan tekenen met krijt. De haltes komen bij duidelijk herkenbare plaatsen op de speelplaats. De chauffeur of iemand die de ‘TomTom’ is, verwoordt de rijrichting.

  • Kun je ook op papier tekenen hoe de route eruit ziet?
  • Kun je vertellen, zonder aan te wijzen, waar de ‘bus’ is?

SPEELZAAL/GYMLOKAAL

Tellen en Getalbegrip omgaan met hoeveelheden
Betekenisvol leren splitsen: verdeel de zaal in twee vakken. Er mogen 10 kinderen hardlopen op een teken stoppen ze: hoeveel kinderen staan er in ieder vak?
De andere kinderen noteren dit. Zijn er verschillen in hoe ze dit doen?

  • Welke verschillen in het aantal kinderen per vak zijn er geweest?
  • In welk vak stonden na vijf keer de meeste kinderen?

Meten meten van gewicht
Gebruik de wip of maak met planken en het klimtoestel een wip. Ga op zoek naar de balans. Wat is balans? Welke kinderen kunnen samen zorgen voor balans? Hoe komt dit? Kun je in de bakken verschillende spullen doen, maar toch dat ze even zwaar zijn?

  • Welke mogelijkheden zijn er om twee dingen of kinderen die niet even zwaar zijn, toch in balans te laten zijn op de wip?
  • Hoe kun je de gegevens van de wip noteren?

Meetkunde opereren met vormen en figuren
Zet de kinderen neer in een bepaald patroon neer bv. twee zitten – drie staan. Hoe moet dit patroon afgemaakt worden? Variaties in aantallen, uiterlijk etc.

  • Kun je zelf een patroon laten horen/zien/voelen?
  • Zie je in deze ruimte (in de school) ook patronen?

Wil je meer weten en ben je op zoek naar een beredeneerd aanbod voor het jonge kind? Houd de nieuwsbrief en website dan goed in de gaten. Binnenkort zijn er weer nieuwe data bekend voor de training ‘Beredeneerd aanbod groep 1-2’.

Liever een training op jouw school? Neem dan contact op met een van onze jonge kind adviseurs.

Gerelateerde artikelen

po
15/03 in actueel

Geld nodig…

sluiten